Nederland is wereldberoemd om zijn strijd tussen land en water. Zo zeer dat in het buitenland het volgende gezegde is ontstaan: ‘’God schiep de aarde, maar de Nederlanders schiepen Nederland’’. De laatste decennia is er in Nederland meer aandacht voor duurzamere energie, ook uit water en daar zijn een aantal innovaties voor ontwikkeld.
Nederland heeft de komende decennia een grote opgave als het gaat om de energietransitie en het behalen van de klimaatdoelen door CO2 uitstoot te beperken. De energievraag vanuit de maatschappij is groot. Een belangrijk onderdeel van deze energievraag bestaat uit warmte energie. Energie die gebruikt wordt om ons in de winter warm te houden en ook in mindere mate de energie die we gebruiken onszelf in de zomer koel te houden.
Op dit moment wordt deze benodigde warmte energie met name gewonnen via de verbranding van aardgas. Zoals inmiddels bekend willen we hier van af. Uit onderzoek van onder andere Deltares, CE-Delft en bureau IF, is gebleken dat de potentie van het winnen van energie uit aquathermie enorm is. Tot nu toe is deze potentie onderbelicht geweest wat zeer onterecht is. Aquathermie kan namelijk onder de juiste condities een aanzienlijke bijdrage leveren aan de transitie van de warmtevoorziening.
Om de grote opgave van de energietransitie en de klimaatdoelen rond reductie van CO2-uitstoot te volbrengen, is energie opgewekt door waterkracht essentieel. Energie opwekken uit het oppervlaktewater van de Nederlandse rivieren draagt bij aan het oplossen van de opgave
Daarvoor heeft Arnout de Bruijn sinds 2016 een innovatief idee en droom ontwikkeld in de vorm van een drijvende waterturbine die de komende tijd gaat testdraaien op locatie op de IJssel bij Zwolle